>>>  Laatst gewijzigd: 18 maart 2024   >>>  Naar www.emo-level-4.nl  
Ik

Filosofie en de waan van de dag

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Verantwoord handelen

Instrumentele rationaliteit

Op die manier heeft de techniek heel de menselijke benadering van de werkelijkheid beïnvloed. Mensen zijn technisch gaan denken, hebben een technische rationaliteit opgebouwd.

Ook wetenschap - diezelfde wetenschap dus die de technische ontwikkelingen mogelijk maakte - is zelf steeds technischer geworden, ook in haar manieren om mensen te bestuderen. Al vanaf het einde van de vorige eeuw zijn er denkers geweest die gewezen hebben op het grote gevaar hiervan.

In de eerste plaats werd gezegd dat wetenschap op deze manier nooit meer gemeten kon worden aan morele maatstaven en ook geen rol meer kon spelen in het bereiken van een rechtvaardiger samenleving. In de tweede plaats werd gewezen op de verschillen tussen de materiële werkelijkheid en de sociale werkelijkheid van mensen en werd er voor gewaarschuwd dat je mensen niet zou moeten bestuderen alsof het dingen zijn. Men voelde toen al aan dat de technische en instrumentele invulling van de menselijke rationaliteit ten koste zou gaan van het gebruik van rationaliteit om mensen beter te begrijpen en om normatieve vragen te stellen over mens en maatschappij.

Max Weber

Dit dilemma komt met name tot uiting in het werk van Max Weber van het begin van de twintigste eeuw. Weber was zeker betrokken bij de problemen van zijn tijd. Maar hij was pessimistisch over de mogelijkheden van wetenschap op het morele en maatschappelijke vlak en meende dat gevoelens en belevingen, waarden en normen van mensen nu eenmaal subjectief en irrationeel zijn en nooit rationeel - laat staan wetenschappelijk - gehanteerd zouden kunnen worden.

Weber wilde wetenschappelijke rationaliteit beperken tot het analyseren van middelen, het aandragen van feiten over de werkelijkheid, en het vanuit dat perspectief bekritiseren van beslissingen. Over de keuzen en beslissingen om bepaalde doelen na te streven en daartoe bepaalde middelen te gebruiken kon wetenschap naar zijn idee niets zeggen. Hij onderscheidde tussen de sfeer van de feiten (wetenschappelijke constateringen enz.) en de sfeer van de waarden (keuzen en beslissingen) en stelde dat je nooit dwingend waarden en normen af kunt leiden uit geconstateerde feiten (wat niet betekent dat je keuzen en beslissingen niet met feiten kunt onderbouwen).

Hij stelde verder dat de waarheid en geldigheid van wetenschappelijke uitspraken een heel ander domein vormen dan de juistheid en geldigheid van bijvoorbeeld normatieve uitspraken. Of het bijvoorbeeld waar is dat er in kleinere groepen altijd dominante groepsleden zijn die de meeste invloed hebben op de beslissingen die zo'n groep neemt, wel, dat kun je via wetenschappelijk onderzoek vaststellen. Of het echter juist (goed, gewenst) is dat er in kleinere groepen altijd dominante groepsleden zijn is niet wetenschappelijk vast te stellen en kan alleen maar bediscussieerd worden.

Maar tegelijkertijd trok Weber zich daarmee terug in een denkwijze waarin rationaliteit geen andere is dan de wetenschappelijke en technische rationaliteit over de werkzame middelen bij voorgegeven doelen. Keuzen en beslissingen voor doelen en voor middelen om die doelen te bereiken vallen volgens Weber buiten die vorm van rationaliteit. Op het terrein van keuzen en beslissingen is er alleen maar strijd mogelijk, omdat iedereen daar zo zijn of haar eigen subjectieve ideeën heeft. Rationaliteit is zoals men het later - wat verwarrend - noemt doelrationaliteit: het wetenschappelijk uitkienen van de technisch meest effectieve instrumenten om voorgegeven doelen te realiseren. Vandaar dat men ook is gaan spreken van instrumentele rationaliteit.

Weber is steeds van mening gebleven dat wetenschappelijk-technische rationaliteit op het vlak van keuzen en beslissingen niets vermag, en dat daarom keuzen en beslissingen een subjectieve en individuele zaak zijn. Hij heeft er verder niet meer over nagedacht of er geen andere vorm van rationaliteit mogelijk is die betrekking heeft op die keuzen en beslissingen voor doelen en middelen. Hij schuift daarmee het kiezen van doelen en middelen in het irrationele. En omdat keuzen en beslissingen voor doelen en middelen gebonden zijn aan waarden en normen, betekent dat tegelijkertijd dat met betrekking tot waarden en normen geen rationaliteit mogelijk is. Iedereen heeft zo zijn of haar gedachten over wat goed is en wat niet, normatieve standpunten zijn subjectief en individueel gebonden. Aldus Weber.

Gebrek aan normatieve rationaliteit

Ook vandaag de dag is dat een opvatting die onder veel mensen leeft. Dat betekent dat op het terrein van waarden en normen alles relatief wordt en dat niet meer aan de hand van objectieve maatstaven beslist kan worden of iets beter is of slechter.

Het is al langere tijd mijn opvatting dat deze benadering van waarden en normen, en daarmee van keuzen en beslissingen, er toe geleid heeft dat het nadenken over de keuzen voor doelen en middelen in onze samenleving onderontwikkeld is geraakt. Nadenken over doelen wordt al helemaal verwaarloosd, nadenken over de toelaatbaarheid van middelen beperkt zich tot technische kwesties en gaat niet of nauwelijks over normatieve vragen. Instrumentele rationaliteit is het enige dat telt en daarmee wordt ook het handelen van mensen slechts technisch bekeken.

Ik vond - toen ik vroegere werken van Habermas las - zijn uitdrukking 'gehalveerde rationaliteit' wel aardig weergeven wat er in deze samenleving aan het gebeuren is: rationaliteit geldt alleen voor het vaststellen van de juiste technische instrumenten (middelen) bij voorgegeven doelen, rationaliteit met betrekking tot die waardengebonden doelen zélf wordt uitgesloten en onmogelijk geacht.